Het heiligbeen is het grootste bot van de wervelkolom. Het ligt tussen de lendenwervelsen de stuit. Eigenlijk bestaat het heiligbeen uit vijf botten, maar die zijn aan elkaar gegroeid in de vorm van een driehoek. Zowel links als rechts zitten vier openingen. Daar komen hele belangrijke zenuwen uit de ruggengraat door naar buiten. In de tijd van de riddertoernooien viel een ridder nog al eens van zijn paard. Soms schoot de heup dan uit de kom. Dan zeiden ze: zijn kont valt uit elkaar. Er waren dokters die dat wilden verhelpen door de spieren bij het bekken door te snijden. Maar als ze de zenuwbanen raakten, waren de ridders verlamd aan hun benen. Zo kwamen ze erachter dat dit gebied ‘heilig’ is. Daar moet je met het mes vanaf blijven. Waarschijnlijk komt daar ook de naam heiligbeen vandaan.